De laatste tijd wordt de vraag steeds vaker gesteld: op welke roerende zaken mag een belasting- en gerechtsdeurwaarder nu wel of geen beslag leggen? Wettelijk gezien kan en mag er veel, maar is dit alles nog wel wenselijk? De KBvG heeft een preadvies uitgebracht, de Nationale Ombudsman laat zich ook niet onbetuigd. De Raad voor de Rechtspraak reageert met de vraag mag de deurwaarder elke ipad in beslag nemen.
Mag de deurwaarder elke iPad in beslag nemen?
Een koelkast, een iPad, een dure tv, wat mag een deurwaarder in beslag nemen bij een burger die in de schulden zit? Vorige week spraken Kamerleden hierover met maatschappelijke organisaties tijdens een rondetafelgesprek over de vernieuwing van de sterk verouderde wetgeving. Ook rechter Egbert Loesberg praatte mee over de grenzen voor de deurwaarder: “Het dreigen met inbeslagname vind ik eigenlijk niet kunnen. Zeker als de kosten van het beslag de baten overtreffen.”
Koelkast
“Volgens de huidige wetgeving mag de deurwaarder zo ongeveer alleen niet aan het bed, het beroepsgereedschap en het voedsel voor vier weken komen”, stelt Saskia Noordman-Den Uijl, voorzitter van de Landelijke organisatie Sociaal Raadslieden (LOSR) als een van de sprekers. “De koelkast mag wel mee, dus dat betekent dat het eten en drinken op tafel moeten blijven rotten.” Het is duidelijk, de wetgeving uit 1838 voor het in beslag nemen van goederen van mensen die in de schulden zitten, moet vernieuwd worden.
Als aanzet daartoe schreef de Koninklijke Beroepsvereniging van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) een preadvies. Over dit advies gingen op 7 februari jl. Kamerleden en maatschappelijke organisaties in gesprek in het Tweede Kamergebouw. De drie Kamerleden waren van de PvdA, de VVD en de SP. Wat mag een deurwaarder in beslag nemen bij een burger die in de schulden zit?
Lijst
Maak een geactualiseerde lijst van zaken die niet in beslag genomen mogen worden, stellen drie van de vier voorgestelde varianten in het preadvies. Dan kan degene met schulden, de schuldenaar, een ‘menswaardig’ bestaan leiden. Dan blijft bij wijze van spreken niet alleen het bed staan, maar ook die oude bank en de koelkast. Spullen die nodig zijn voor werk en scholing – zoals gereedschap, boeken of een computer – blijven eveneens ongemoeid. Wel mag de deurwaarder beslag leggen op ‘bovenmatige’ goederen, zoals een luxe auto of dure televisie. Over dit uitgangspunt zijn de gesprekdeelnemers het eens.
Hulptraject
De meningen verschillen over de wijze waarop zo’n lijst wordt ingezet. Twee varianten zijn kansrijk. In de ene variant mag degene met schulden die deelneemt aan een schuldhulpverleningstraject in ruil daarvoor voorlopig al zijn spullen houden – kostbare luxegoederen uitgezonderd. Als hij zich niet aan de afspraken houdt, neemt de deurwaarder na een half jaar alsnog zaken in beslag. Deze variant krijgt de voorkeur van de deurwaarders zelf. In de andere variant is er geen verplicht hulptraject. Ook kan de schuldenaar daar bezwaar aantekenen tegen inbeslagname. Dat bezwaar wordt dan beoordeeld door de kantonrechter.
Moed
In de huidige procedure voor boedelbeslag speelt de rechter al in een vroeg stadium een rol. Hij beslist bij vonnis of de vordering van de schuldeiser rechtmatig is. “Dat is een formeel besluit”, aldus rechter Loesberg. “Het is geen inhoudelijke toets van hoe de deurwaarder de vordering incasseert.” Loesberg is kort gedingrechter bij rechtbank Oost-Brabant en deed in zijn tijd als rechter-commissaris in faillissementen veel zaken rond schuldsaneringsregeling natuurlijke personen. Hij spreekt op persoonlijke titel. In de huidige wetgeving is er ook een toets door de rechter achteraf mogelijk. “Alleen zijn die mogelijkheden heel beperkt”, stelt Loesberg. “Je moet als schuldenaar veel moed hebben om daar aan te beginnen.” Advocate Erica Schruer: “Mensen kunnen radeloos worden als het koffiezetapparaat en de vitrage in beslag worden genomen.”
Gedwongen
Noordman-Den Uijl is voor een verruiming van deze mogelijkheden. “Er is te vaak sprake van een spijkerharde aanpak ”, constateert zij namens de sociaal raadslieden. “Wij zien dat veel deurwaarders het boedelbeslag gebruiken als drukmiddel. Hierdoor voelen mensen zich gedwongen om hun rekeningen aan bijvoorbeeld de telefoonprovider te betalen.” Het risico daarvan is dat ze de huur en andere vaste lasten niet meer kunnen betalen. Dit risico wordt versterkt omdat deurwaarders in opdracht van de schuldeisers werken. Daardoor zouden deurwaarders een financieel belang hebben om hard op te treden. Zeker wanneer zij
opereren volgens no cure no pay, zoals bij het innen van verkeersboetes namens het CJIB. “Dat kan er toe leiden dat de schuldeisers die het hardste schreeuwen, hun zin krijgen”, aldus Loesberg.
Dubbele pet
Rechter Loesberg vindt ook dat boedelbeslag te vaak wordt gelegd: “Zelfs als de kosten de baten overtreffen. Het dreigen met inbeslagname vind ik eigenlijk niet kunnen.” Een premie op deelname aan een schuldhulpverleningstraject vindt Loesberg niet realistisch: “Mijn ervaring als rechter-commissaris leert dat iemand met schulden daar niet snel terecht kan. Dat is een heel traject, de wachttijd kan oplopen tot een jaar.” Loesberg constateert dat de gerechtsdeurwaarder een lastige dubbelrol heeft. “Hij heeft een dubbele pet. Enerzijds is hij een rijksambtenaar, anderzijds werkt de deurwaarder in opdracht van de schuldeisers. Dat kan leiden tot ongewenste situaties.”
Antiek
Tegen het beeld van de deurwaarder als een harteloze ambtsdrager die onmisbare spullen meeneemt onder druk van de schuldeiser, verzet de beroepsgroep zich. “Als een gezin met kinderen in de moeilijkheden zit, schiet dat s’ avonds echt wel door ons hoofd”, aldus KBvG-voorzitter John Wisseborn. Van een ongewenste marktwerking is geen sprake, stelt hij. Wisseborn benadrukt de rol van de deurwaarder als neutrale intermediair, die ook oog heeft voor de bescherming van de schuldenaar in de knel. “Wij hebben zelf het initiatief genomen tot een vernieuwing die leidt tot minder boedelbeslag. Dat is best opmerkelijk. Zolang bij iemand het antiek niet van de muren spat, nemen wij niet zomaar spullen mee.”
Overkill
Wisseborn ziet de deurwaarder als een verlengstuk van de rechter. “Wij zijn de uitvoerders van het recht in de praktijk.” Maar wordt dat recht door deurwaarders ook ‘behoorlijk’ uitgevoerd? Dat vraagt ombudsman Alex Brenninkmeijer zich af. Te weinig, is zijn indruk. Brenninkmeijer wijst erop dat rechter en deurwaarder diverse verschillende manieren van incasso kennen. Zoals loonbeslag, waarbij maandelijks een deel van het salaris wordt ingehouden. Boedelbeslag moet pas worden ingezet wanneer andere middelen gefaald
hebben, aldus de ombudsman. “Loonbeslag is een heel effectief middel”, beaamt rechter Loesberg. “Boedelbeslag kan leiden tot een overkill, dan komt de schuldenaar klem te zitten.”
Vitrage
Advocate Erica Schruer stelt dat de huidige werkwijze leidt tot ‘bizarre’ situaties: “In mijn eigen praktijk heb ik meegemaakt hoe mensen radeloos werden van een beslag dat zich uitstrekte over het koffiezetapparaat en de vitrage.” Schruer bepleit een verbod op boedelbeslag waar geen netto opbrengst verwacht wordt. Dit soort regelgeving wordt niet gesteund door hoogleraar Ton Jongbloed, die ook raadsheer-plaatsvervanger is in het
hof Leeuwarden en het hof Amsterdam. “De deurwaarder is geen hulpje van de schuldeiser”, stelt Jongbloed. Hij ziet graag een zekere vrijheid voor de deurwaarder om te beoordelen of goederen ‘bovenmatig’ zijn of niet. “Neem een iPad”, stelt Jongbloed. “Die heeft veel waarde. Maar op sommige scholen moeten leerlingen een iPad hebben. Dan breng je kinderen in de problemen als je beslag legt.”
Onaantastbaar
Voor hardnekkige schuldenaars moet de deurwaarder juist extra streng kunnen zijn, vindt Jongbloed. “Sommige mensen weten precies hoe ze de dans kunnen ontspringen. Wat ze wel en niet kunnen bestellen bij de Wehkamp. Je moet er voor waken dat mensen onaantastbaar worden.” Advocate Schruer is het daar hartgrondig mee oneens: “Als je één zwart schaap wilt vangen, moet je niet op de hele kudde schieten. Dat is disproportioneel.”
De resultaten van het rondetafelgesprek met de maatschappelijke partners wordt meegenomen in de procedure rond de wetswijziging.