Vanaf 01 juli 2016 is het mogelijk om voor verkeersboetes waarvan het totaal is opgelopen naar een bedrag van boven de 225 euro, een betalingsregeling te treffen met het CJIB. Tot op heden kon dat uitsluitend in de gevallen waarvan de individuele boete al minimaal een te betalen bedrag van 225 euro kende. Met deze mogelijk wordt getracht om het aantal gijzelingen bij mensen die de boetes niet hebben betaald, terug te dringen. Kwijtschelding voor verkeersboetes is ook mogelijk. Deze worden kwijtgescholden na afloop van een geslaagd minnelijk (en dus niet gedwongen) schuldsaneringstraject. Het CJIB stuurt ter voorkoming van een gijzeling schuldenaren eerst een waarschuwingsbrief, deze krijgen daarmee de gelegenheid om aan te tonen dat men niet in staat is te betalen. DCN is overigens de mening toegedaan dat verkeersboetes meestal ontstaan uit (grove) fouten en/of verwijdbaar gedrag. Dat laatste is zeker het geval bij meerdere boetes. Een enkele hoge boete zou derhalve anders bekeken kunnen worden dan meerdere lagere boetes. Uit dit laatste zou een structureel verkeerd gedrag kunnen worden geconstateerd.