Mensen die de belastingdienst in het ootje trachten te nemen en wanbetalers die uit het zicht willen blijven van de invordering, kunnen binnenkort ook ’s avonds en in het weekend op een bezoekje rekenen van een belastingdeurwaarder. Dat stelt althans staatssecretaris Weekers van Financiën. Zo nodig zal ook de FIOD worden ingezet.
Op zich is deze maatregel snel in te voeren en ook zeker te verdedigen. Belastingdeurwaarders kunnen zonder een aanpassing van wet- en regelgeving nu al van maandag t/m zaterdag tussen 07.00 en 20.00 uur belastingschuldigen bezoeken en zo nodig over gaan tot het leggen van een beslag op eigendommen. Verder zijn er de bekende ANPR-acties waarbij in samenwerking met politie en justitie ook in de nachtelijke uren wordt getracht openstaande belasting te innen.
Wel opvallend is, dat ook met commerciële incassobureaus een samenwerking wordt aangegaan. Deze bureaus zouden geld moeten gaan ophalen dat niet via reguliere invordering is geïnd.
Het is nu wachten op een reactie van de deurwaardersvakbond. De Algemene Vereniging van Belastingdeurwaarders (AVB) was nooit voorstander van het werken in de avonduren en op zaterdagen. Zelfs het voor of na kantoortijd telefonisch bereikbaar zijn voor belastingschuldigen werd, in tegenstelling tot de mening van de DCN, als onnodig beoordeeld. Hierin zal de bond dus zo goed als zeker bakzeil moeten halen.
Verder kan het inzetten van commerciële bureaus ook worden gezien als een gedeeltelijke diskwalificatie van de eigen leden. Want wat kan een commercieel incassobureau wel ten opzichte van wat de eigen leden (belastingdeurwaarders) niet zouden kunnen ?
De afgelopen jaren heeft de Belastingdienst 400 miljoen moeten bezuinigen. Dat is gelukt door efficiënter werken en het afstoten van kantoorgebouwen.
Voor het realiseren van de “nieuwe werkwijze” en het verbeteren van de opsporingscapaciteit zijn 1600 mensen extra nodig. Deze worden zowel intern als extern geworven, niet duidelijk is of hiervoor extra middelen beschikbaar zijn of komen.
Lees hier de brief van staatssecretaris Weekers aan de Tweede Kamer