Een halve eeuw geleden, zo rondom 1960, kwam er via diverse heffingen ongeveer een bedrag binnen van 216 miljoen gulden, tegenwoordig is dat 98 miljoen euro. Over 2012 is de schatting dat gemeenten een bedrag van 8,3 miljard kunnen laten bijschrijven op hun rekeningen. Betaalde de burger in 1960 nog geen 9 euro (ongeveer 19 gulden) aan gemeentelijke heffingen, anno 2010 was dat inmiddels opgelopen naar een bedrag van 474 euro. De Onroerend Zaakbelasting (OZB) is de grootste bron van inkomsten, gevolgd door reinigingsrechten en afvalstoffenheffing. De auto is voor iedere bezitter de heilige koe, parkeerbelasting voor gemeenten een interessante melkkoe.
Hondenbelasting bestaat al sinds 1900 en zou de langst bestaande heffing zijn. Dit jaar is de hondenbelasting goed voor een opbrengst van 61 miljoen euro, daarbij aangetekend dat niet iedere gemeente hondenbelasting meer kent.
Door de opkomst van zuinige auto’s verwachten de Nederlandse provincies in 2013 minder inkomsten uit motorrijtuigenbelasting te gaan ontvangen. Voor het eerst sinds 1981 zou een daling van deze inkomsten aan de orde zijn. Naar verwachting zal er in 2013 overigens nog altijd een bedrag van 1451 miljoen euro worden geïncasseerd.
Lang geleden kenden we in ons land zelfs een fietsbelasting. Klik hier voor de achtergrondinformatie over deze belasting.